Column: Trouwen na 1 januari 2018: geen “standaard” algehele gemeenschap van goederen meer!
2 januari 2018Maar wat dan wel?
Het wettelijk stelsel vóór 1 januari 2018
Voor wie in Nederland trouwt zonder van te voren bij de notaris huwelijkse voorwaarden te maken – en dat geldt voor meer dan 70% van de trouwlustigen -, gold sinds 1838 het wettelijk stelsel van de algehele gemeenschap van goederen. Op degenen die sinds 1998 een geregistreerd partnerschap aangaan zonder eerst bij de notaris partnerschapsvoorwaarden te maken, is datzelfde wettelijke stelsel van toepassing. Omdat het aangaan van een geregistreerd partnerschap (bijna) exact dezelfde gevolgen heeft als trouwen, beperk ik me in het onderstaande verhaal tot het huwelijk. Maar voor mensen die een geregistreerd partnerschap hebben of overwegen om dat aan te gaan, is het onderstaande net zo belangrijk.
Dit stelsel van de wettelijke algehele gemeenschap van goederen houdt voor iedereen die vóór 2018 is getrouwd in dat, op een paar weinig voorkomende uitzonderingen na, alle bezittingen en schulden van het echtpaar gemeenschappelijk zijn. Dit geldt alleen niet voor de bezittingen waarvan, met een zogenoemde “uitsluitingsclausule“, in een testament of bij een schenking is bepaald dat ze privé blijven van degene die ze heeft gekregen. Die erfenissen en schenkingen hoeven niet te worden gedeeld bij een scheiding.
Dit stelsel gaat veranderen per 1 januari 2018!
Mensen die vanaf 1 januari 2018 gaan trouwen zonder van te voren bij de notaris huwelijkse voorwaarden te ondertekenen, trouwen in een “beperkte gemeenschap” van goederen. De belangrijkste verschillen met het oude stelsel zijn:
- alles wat je al vóór het trouwen niet samen met je huwelijkspartner had blijft privé; dit geldt voor bezittingen en schulden;
- erfenissen en schenkingen blijven privé;
- alles wat er tijdens het huwelijk verder aan vermogen wordt opgebouwd, valt wel in de gemeenschap.
Het gevolg hiervan is dat er door deze wijziging van het wettelijk stelsel bij mensen die na 1 januari 2018 trouwen altijd drie vermogens ontstaan: ieder heeft zijn/haar eigen privévermogen en het echtpaar heeft een gemeenschappelijk vermogen: de beperkte gemeenschap.
Prima geregeld?
Nou zou je op het eerste gezicht zeggen: dat is dan toch prima geregeld? Dat is niet helemaal waar. Ik voorzie een aantal problemen:
De administratie wordt niet goed bijgehouden
Stel dat het kersverse echtpaar vóór het trouwen niet nauwkeurig vastlegt wat van wie is, en ze gaan twintig jaar later scheiden. Als niemand dan meer kan bewijzen hoe het zat of wie wat met welk geld heeft betaald (privé of gemeenschappelijk), dan komt alles alsnog in het gemeenschappelijke vermogen terecht. Dat is nog te begrijpen, dan hadden ze het maar bij moeten houden. Bij mensen die niets bijhouden, “verwatert” alles in de toekomst mogelijk alsnog naar de gemeenschap van goederen.
Maar nu heeft één van de echtgenoten, die toevallig goed is in boekhouden, wel alles nauwkeurig vastgelegd en bijgehouden en de ander in het geheel niet. Dan ontstaat de wrange situatie dat degene die alles heeft geadministreerd zijn privévermogen kan houden, terwijl degene die niets heeft bijgehouden wel alles met de ander zal moeten delen. Dit wordt al moeilijker uit te leggen als ze gaan scheiden….
Of wat te denken van de situatie dat het huis privévermogen is van de één, maar wordt verbouwd met een door de ander ontvangen erfenis of schenking? Houd je dit niet bij, dan zal ook hier “verwatering” kunnen optreden en zal de ander meedelen in de waardestijging en -daling!
Kortom: trouwen zonder huwelijkse voorwaarden vanaf 1 januari 2018 vraagt om een degelijke administratie door de beide echtgenoten! Als het administreren niet je sterkste kant is, en/of je graag duidelijkheid wilt houden over wat van wie is, weet dan dat bij het maken van huwelijkse voorwaarden vóór het trouwen:
- de reeds bestaande bezittingen van de aanstaande echtgenoten kunnen worden beschreven;
- afspraken kunnen worden vastgelegd, waardoor de boel niet “verwatert”; en
- onbedoelde problemen kunnen worden voorkomen.
Wat als je voor het trouwen eerst jarenlang hebt samengewoond?
Hierboven schreef ik: “alles wat je al vóór het trouwen niet samen met je huwelijkspartner had blijft privé; dit geldt voor bezittingen en schulden.” De nieuwe regel is dat alles wat je vóór het trouwen samen met je partner hebt gekocht, wèl in de gemeenschap valt. Denk maar eens aan de samenwoners die al jaren samen een huis hebben en besluiten om hun relatie te bezegelen met een huwelijk. Als dat huis samen is gekocht, ieder voor de helft, is er – ook gevoelsmatig – niet zoveel aan de hand. Dat is anders als de één voor het trouwen een groter aandeel in het huis heeft dan de ander of daar véél meer aan heeft betaald. Enkel door het trouwen zonder huwelijkse voorwaarden worden dan de delen gelijk getrokken!
Het is nog anders als de één zijn of haar helft heeft betaald met een erfenis of een schenking en de ander de financiering bij de bank heeft moeten regelen. Dan zou je kunnen redeneren dat de helft van het huis van degene die met de erfenis of schenking heeft betaald privé van die echtgenoot is gebleven, terwijl de andere helft van het huis mogelijk wel in de gemeenschap van goederen terecht is gekomen (immers vóór het trouwen samen met de partner gekocht?)
Kortom: trouwen zonder huwelijkse voorwaarden vanaf 1 januari 2018 kan voor samenwoners die vóór het trouwen al een huis hebben grote onbedoelde gevolgen hebben! Elk samenwonend stel met trouwplannen zou bij de notaris moeten checken of dit bij hen speelt. Weet in ieder geval dat bij het maken van huwelijkse voorwaarden vóór het trouwen:
- de reeds bestaande verhoudingen kunnen worden gehandhaafd; en/of
- afspraken kunnen worden vastgelegd over wat wel of niet in de gemeenschap terecht kan komen; en
- onbedoelde problemen kunnen worden voorkomen.
De onderneming en het wettelijk stelsel
Als een echtgenoot vóór het trouwen een eigen bedrijf heeft al dan niet samen met iemand anders dan de huwelijkspartner, en trouwt zonder het maken van huwelijkse voorwaarden, blijft volgens de hoofdregel dat (aandeel in het) bedrijf privé. Ik voorzie hier wel een aantal problemen:
In de eerste plaats staat in de wet dat de ondernemer na het trouwen “een redelijke vergoeding” moet betalen aan de (beperkte) gemeenschap die door het trouwen is ontstaan. Er staat alleen nergens in de wet waar die redelijke vergoeding uit moet bestaan! Als notaris weet ik in ieder geval zeker dat er bij het einde van het huwelijk geharrewar zal ontstaan over de hoogte van die redelijke vergoeding.
Denk ook aan de ondernemer, die voor het trouwen een eenmanszaak heeft. Die blijft privé, dat zal duidelijk zijn. Met de inkomsten wordt het gezin onderhouden en wordt in de loop van de tijd een nieuwe bestelbus en nieuw gereedschap aangeschaft. De discussie kan ontstaan als die goederen met de redelijke vergoeding blijken te zijn betaald. Wat is dan van wie?
Begin je een eigen zaak tijdens je huwelijk, zonder dat je vóór het trouwen huwelijkse voorwaarden hebt gemaakt, dan behoort het hele bedrijf tot de gemeenschap van goederen.
Kortom: trouwen zonder huwelijkse voorwaarden vanaf 1 januari 2018 kan voor een ondernemer die vóór het trouwen al een eigen bedrijf heeft, of daarna een eigen bedrijf begint, grote onbedoelde gevolgen hebben! Elk ondernemer met trouwplannen zou, als hij of zij zeker wil zijn dat het bedrijf bij een scheiding niet (voor een deel) toch in de gemeenschap van goederen terecht is gekomen, huwelijkse voorwaarden moeten maken, net als onder het oude stelsel! Weet in ieder geval dat bij het maken van huwelijkse voorwaarden vóór het trouwen:
- het bedrijf buiten elke gemeenschap kan worden gehouden, ook als je pas een aantal jaren na het trouwen met een eigen bedrijf begint of het bedrijf van je ouders overneemt;
- de “redelijke vergoeding” kan worden beschreven;
- de reeds bestaande verhoudingen kunnen worden gehandhaafd; en/of
- afspraken kunnen worden vastgelegd over wat wel of niet in de gemeenschap terecht kan komen; en
- onbedoelde problemen kunnen worden voorkomen.
Schenkingen en erfenissen
In de nieuwe wet staat dat de erfenissen en schenkingen die een echtgenoot krijgt, privé blijven.
Dat zou het opnemen van de “uitsluitingsclausules”, waar ik het eerder over had, overbodig maken.
Ook hier voorzie ik enkele problemen:
Ik stipte al eerder aan dat het in een gemeenschappelijk eigen huis steken van een schenking of erfenis problemen kan geven als daar geen goede administratie van wordt bijgehouden. Denk aan de “verwatering” die dan kan optreden.
Daarnaast blijft het onder het nieuwe stelsel nog altijd mogelijk om in huwelijkse voorwaarden de “oude algehele gemeenschap van goederen” van vóór 1 januari 2018 aan te gaan. Als de echtgenoten dat doen, en de erflater of schenker verder niets heeft bepaald (want dat was toch niet meer nodig?), valt de erfenis of schenking alsnog in de gemeenschap van goederen en moet deze worden gedeeld bij een scheiding! Voor het geval een erflater of schenker wil voorkomen dat zoiets gebeurt, zal het opnemen van een uitsluitingsclausule in een testament of schenkingsakte altijd van belang blijven!
Kortom: trouwen uw kinderen zonder huwelijkse voorwaarden vanaf 1 januari 2018, dan blijft het zeker belangrijk om in uw testament of schenkingsakte de uitsluitingsclausule op te nemen. Dan doet u wat u kunt om ervoor te zorgen dat uw kind het van u afkomstige vermogen niet hoeft te delen bij een scheiding.
De huwelijkse voorwaarden staan nu in de wet? Echt niet!
In de afgelopen maanden maakte ik een paar keer mee dat een aanstaand echtpaar bij het in ondertrouw gaan had begrepen dat het maken van huwelijkse voorwaarden nu niet meer nodig is, “omdat de huwelijkse voorwaarden nu in de wet staan“.
Als u het bovenstaande goed heeft gelezen, weet u dat dit niet waar is! Gelukkig hebben wij die echtparen nog tijdig kunnen helpen met voor hun situatie geschreven huwelijkse voorwaarden.
De oude regels blijven gelden voor mensen die vóór 1 januari 2018 zijn getrouwd
Overigens blijft voor mensen die vóór 1 januari 2018 zijn getrouwd zonder huwelijkse voorwaarden te maken, de oude regeling van de “ruime” gemeenschap van goederen gewoon bestaan.
Dringend advies
Ik hoop u met het bovenstaande overtuigd te hebben van het feit dat de nieuwe per 1 januari 2018 – beperkte – gemeenschap van goederen beslist niet altijd beter is, en zeker niet in alle situaties doeltreffend.
Heb je trouwplannen? Kom dan eerst vrijblijvend bij ons langs, zodat je goed bent voorgelicht over de gevolgen van het huwelijk in jouw situatie. Dan bespreken we gelijk het belang van een goed testament!
Peter Prummel
notaris
tevens specialist familie- en erfrecht, estate planner, mediator en agrarisch specialist